Met Walry naar de lezing van Sanne Rooseboom in de Paarse Zetel


Foto: Bob Van Mol

 Vorige week was jeugdboekenauteur Sanne Rooseboom te gast op de knusse kussens van de Paarse zetel, het boekenprogramma van bibliotheek De Krook. Als grote fan van haar voor de Boon genomineerde boek Mot en de metaalvissers, moest Boekhandel Walry daar zeker bij zijn. We brengen graag verslag uit.


Dat Rooseboom überhaupt als auteur in een boekenprogramma terechtkwam, heeft ze te danken aan een grote dosis doorzettingsvermogen. Toen ze negen was, schreef ze al in een vriendenboekje dat ze jeugdauteur wilde worden. Op haar elfde won ze bij een schrijfwedstrijd een kistje wijn en een boek over natuurrampen. Tegen de tijd dat ze een puber was, had ze de hele jongerenafdeling van de lokale bibliotheek met letter en punt verslonden.

Hoewel het dus in de sterren geschreven stond, ging ze eerst een andere passie achterna. Rooseboom ging Internationale Betrekkingen studeren. Weliswaar had ze getwijfeld om haar liefde voor de letteren te volgen, maar ze vreesde dat haar passie voor verhalen vertellen niet strookte met de theoretische benadering van een literatuuropleiding. Rooseboom ging aan de slag als correspondent in Londen, maar bleef van boeken dromen. Ze oefende boekeninterviews voor de spiegel en merkte al schrijvend hoe bevrijdend het was dat in een fantasiewereld alles mag, niet geremd door het alledaagse en voorspelbare.

Haar debuut als jeugdboekenschrijfster maakte ze uiteindelijk met Jippie, een reeks over een humeurige prinses in een wereld vol dolgelukkige mensen. Daarop volgde de reeks Het ministerie van oplossingen die al snel een publieksfavoriet werd.

Tijdens een wandeling langs de Rotterdamse kanalen kreeg Rooseboom het idee voor haar laatste boek. Ze zag een man met een magneet ijzer uit het kanaal vissen en raakte met hem aan de praat. Het personage Mot zat toen al een tijdje in haar hoofd te gisten en ze wist meteen dat Mot een metaalvisser moest worden. In twee jaar tijd schreef Rooseboom het avonturenboek Mot en de metaalvissers bijeen.

 

De 11-jarige Mot heet eigenlijk Vlinder. Maar zo noemt alleen haar moeder haar nog. Die wil het liefst een opgeruimd, luchtig kind in een jurkje. Mot is zo niet. Mot houdt van zwarte kleren en van de oude, rommelige stad waarin ze opgroeit. Uit opstandigheid koopt ze van haar spaargeld een magneet om mee te vissen in het oude kanaal. Ze vindt een kleine, roestige duikboot. Die duikboot is het begin van een groots avontuur, waarbij Mot de punk-acrobaten van De Werf ontmoet, ze het tegen een machtige miljardair opneemt en ze haar moeder beter leert kennen.

 

Mot en de metaalvissers werd een ode aan de moed om anders te zijn, om zichzelf te aanvaarden. Behalve dat is het ook een liefdesbetuiging aan de kracht van ongebreidelde fantasie. De kinderen in Roosebooms boeken maken “grotemensendingen” mee. Zo krijgt Mot te maken met de dreigende onteigening van een vrijplaats aan de rand van de stad. Als complex probleem om door kinderen te laten oplossen kan dat wel tellen, maar Rooseboom maakt er vooral een zinderend avontuur van waarbij een goede afloop net door de vindingrijkheid van de kinderen om de hoek ligt. Rooseboom, die toch nog een goede nachtrust wil, gaat er prat op om haar personages veilig en wel achter te laten in hun literaire universum.

Mot is een typisch hoofdpersonage voor het werk van Rooseboom. Ze wil niet de rondfladderende vlinder zijn waar haar moeder zo op hoopte, maar een forse rebel die lak heeft aan hakken. Mot is, net als andere hoofdpersonages van Rooseboom, een humeurig, avontuurlijk, mollig meisje. Zo beschrijft Rooseboom ook zichzelf. “Bibberende tutten, daar heb ik niets mee,” aldus Rooseboom. Maar net als Mot is ze er op een gegeven moment achtergekomen dat superknappe mensen, met lippenstift die bij hun hakken past, zoals de moeder van Mot, ook leuk, oprecht en stoer kunnen zijn. De moeilijke relatie tussen Mot en haar knappe moeder wordt in het boek dan ook ontroerend eerlijk uitgediept.

Mot en de metaalvissers staat intussen niet alleen op de shortlist van de Boon literatuurprijs voor jeugdliteratuur, het werd ook genomineerd voor de Woutertje Pieterse prijs. Wie weet maakt Sanne Rooseboom opnieuw haar opwachting in de Paarse zetel in april, wanneer de winnaars van de Boon verwelkomd worden.



KIJKTIP:

Naast het verhaal van Mot en de metaalvissers, zijn ook de roestige, punky illustraties van Sophie Pluim meer dan de moeite waard. In deze minidocu zie je de illustratrice in haar atelier aan het werk voor haar volgende prentenboek.






ONTDEK OOK DE REST VAN DE PRACHITIGE SHORTLISTS VAN DE BOON:



BRONNEN:

- het bezoek van Sanne Rooseboom in de Paarse Zetel in de Krook
- een interview in De Standaard: https://www.standaard.be/cnt/dmf20230216_98283949
- een interview met Radio 1: https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/de-boon-prijs/2023/de-boon-prijs-s2023a9/
- de Boon-specials van de podcast Leesba(a)r: https://radio1.be/lees/leesbaar-ontdek-de-tweede-boon-special


Vorige post Volgende post


Laat een reactie achter